Redactioneel De sneeuw die onder je schoenen knispert op een onverhard pad in een morsige polder terwijl boven je ganzen overvliegen. Languit lunchen in een zonnige duinpan en dan weer verder door de duinen en terug langs de zee. Aankomen via een spannend paadje op een open plek op de Veluwe vanwaar je vanuit een hut wild kunt spotten. Of na een lange wandeling op een heel mooi terras met een goed glas genieten van het uitzicht, zoals bij chalet Helenaheuvel in Doorn. Dan is wandelen in Nederland geweldig. Je moet er in ons dichtbevolkte land wel naar op zoek. Zodra je de grens overgaat, lijkt het wel alsof je vaker en sneller tegen dit soort paradijselijke wandelplekken oploopt. Je vindt ze om de hoek in Duitsland. En ook in België. Zo anders – het is de ruimte die je ervaart. De mogelijkheid om te verdwalen, want dat kan in Nederland echt niet meer. De klim naar een flinke heuvel en soms zelf op een kleine berg. De steile afgronden. Zelfs de toffeekleurige koeien in de heuvels geven je het gevoel heel ergens anders te zijn. En natuurlijk de taal, de bierbrouwerijen, het geweldige eten. Dat ondervonden we bij onze wandelingen voor de bijlage over de Ardennen, waar routes werden gevolgd in Lichtvoetig IN DE PAS Als jonge jongen had ik een paar dwangneuroses. Een daarvan was deze: onderweg van huis naar school – met de leren schooltas in de rechterhand ­ telde ik mijn passen tussen opeenvolgende lantaarnpalen aan de Gerrit van der Veenlaan. Als het aantal passen overeenkwam met de som van de leeftijden van mijn ouders, zou ik een perfecte schooldag hebben. Een waanidee natuurlijk, maar de mens is niet altijd meester van zijn eigen gedachten. Het gebeurde overigens vaak dat ik aangekomen bij de volgende lantaarnpaal precies op het juiste aantal uitkwam. Wat ik me kan herinneren is dat ik wel eens smokkelde – een paar idioot grote passen aan het einde van de lantaarnetappe, of juist enkele minidribbelpasjes – om exact op de gewenste som uit te komen. Hoofdrekenen is dan ook van jongs af aan mijn beste vak geweest. Wat ik me niet kan herinneren is of de perfecte schooldagen ook daadwerkelijk het resultaat waren na de gelukkige uitkomst. Ook weet ik niet meer zo goed hoe ik me tijdens het klimmen der jaren redde uit de spagaat van enerzijds de absolute afstand tussen de lantaarnpalen en anderzijds de oplopende som aan leeftijdsjaren, hetgeen nog bemoeilijkt werd door mijn groeiende paslengte. Mogelijk dat mijn dwangneurose met stappen en passen is ontstaan tijdens mijn loopbaan als jeugdlid van de Nederlands Christelijke Wandel Bond (NCWB). Onze leidster, juffrouw Oxendorf, hield er strak de pas in, vooral als ze achter de meidoornhaag tijdens de Duinenmars een jurylid vermoedde. ‘Pas op, jongens’, riep ze, ‘de jury kijkt, in de pas. Drie tegels, een stap!’ En daar gingen we, één groep in blauwwit tenue, strak in de maat. We wonnen prijs na prijs. Mijn eerste verkering leerde me onbewust uit de pas lopen. Als ik met haar warmte in mijn zij samen met haar zwalkte, vond ik het stoer om grotere passen te nemen dan zij. Je was tenslotte man, ook al was je zeven, acht. Het was een heerlijk verliefd ritme, ook al voelde je ergens wel aan dat er iets niet klopte. Tijdens griepdagen of koortsnachten moest ik dat dan bekopen. In een slaapwaaktoestand ijlde ik over legers of klassen, het konden ook wandelgroepen wezen, waarvan alle leden door elkaar liepen. Ze zongen en marcheerden allemaal in hun eigen disharmonie en ik woelde en zweette net zo lang totdat juffrouw Oxendorf met haar toverfluit orde in de chaos wist te scheppen. Nu wandel ik weer in de pas. Samen met mijn vrouw lopen we één ritme. Ik pas me aan aan haar paslengte waardoor een oneindige cadans is gegroeid die ons verkennend voortstuwt langs verrassende verten. Mijn ouders en juffrouw Oxendorf lopen niet meer mee. Het zij zo, ik zal het op eigen kracht moeten doen. ■ George Knottnerus het dal van de Molignée, de bossen van Robertville, bij La Roche, de trappistenroutes rond Chimay, Henegouwen en in de Gaume. In Nederland struinde Elvira Werkman door ongebaand landschap langs het indrukwekkendste kasteel, de oudste eik en de langste rivier van ons land. En dat allemaal in één wandeling. Els Spanjer vloog naar de Azoren en wandelde enkele dagen door het vulkanische Terceira. Hier sloot ze haar route bijzonder af met een duik in de door de Atlantische branding gevulde natuurlijke baden tussen de lavarotsen aan de kust. Tryntsje Dijkstra vond langs het Marskramerpad in Voorst een bijzondere bakkerij als pleisterplaats. Al anderhalve eeuw maakt bakker Bril broden, koeken en andere lekkernijen. Als je de deur opent doet, komen al die geuren je al te gemoet. Een heerlijke onderbreking op een hele mooie route. Een paradijse lijke plek, dus, in Nederland. ■ Frank Hamdorff ■ Hoofdredacteur ‘te voet’ Inhoud 12 Terceira op de Azoren WERELDERFGOED MIDDEN IN DE OCEAAN 18 Koffie met Melk BAKKERIJ BRIL IN VOORST 20 VAN FLUITENDE EENDEN TOT STOEMPENDE SCHEPEN 25 Inclusief 16 pagina’s WANDELEN IN DE ARDENNEN 42 DE WERELD ROND OP DE FIETS EN WANDELBEURS 48 Wandelapp getest RUSTIGE ZEE EN KALME KOEIEN OP TEXEL 53 Noorder Rondtochten WANDELEN LANGS SCHAATS ROUTES VAN DE NOORDER RONDRITTEN 54 Weg van de waan van de dag in het bedrijf ONDERNEMERS WANDELEN OP ZOEK NAAR DE JUISTE KOERS VERDER IN DIT NUMMER: NIEUWS 7/9 WANDELPRODUCTEN 11 COLUMN JOHN JANSEN VAN GALEN HET GEPELDE LAND 44 46 UITGELEZEN 50 LOOPBAAN 52 VOETSTUK 57 AGENDA 58/61/62 ‘te voet’ is een uitgave van Hobri Pers Uitgeverij BV, Biltstraat 124, 3572 BK Utrecht • tel. 030­6910138 • e­mail abonnee administratie: abo@wandelkrant.nl • e­mail redactie: redactie@wandelkrant.nl • website: www.wandelkrant.nl • Vanuit België: tel. 00­3130­6910138. redactie@wandelkrant.nl • Advertenties: Tarieven op aanvraag bij bovenstaand adres • Uitgever: Eef van den Brink • Hoofd redactie: Frank Hamdorff • Vormgeving: Punt Grafisch Ontwerp Utrecht, www.puntgrafischontwerp.nl • Foto voorpagina: Adobe Stock • Aan dit nummer werkten mee: Wim ten Brinke, Len Borgdorff, John Jansen van Galen, Annelies Gras, Tialda Hoogeveen, Femke Kazemier­Rongen, Tessa Klooster, George Knottnerus, Vladimir Mars, Oscarine Vonk, Elvira Werkman • ‘te voet’ nummer 6 tweeëntwintigste jaargang. Het volgende nummer van ‘te voet’ – nummer 1 drieëntwintigste jaargang – verschijnt eind februari 2017. De volgende online editie verschijnt eind maart 2017. ‘te voet’ januari 2017 3 Pagina 2

Pagina 4

Heeft u een onderwijs catalogus, modern media of e-clubbladen? Gebruik Online Touch: flyer digitaal bladerbaar maken.

Vakantiebeurseditie te voet Lees publicatie 51Home


You need flash player to view this online publication